Laatste kans: Dierenwelzijn vanuit de Talmoed

De Joodse traditie verbiedt niet enkel wreedheid tegen dieren, maar koppelt zorg voor dieren ook aan rechtschapenheid en fatsoen

Gepubliceerd op: 20 januari 2022

"Een rechtvaardige heeft oog voor het leven van zijn dier" (Spreuken 12:10).

In een tijd waarin megastallen (vaak vruchteloos) ter discussie staan, de oorzaak van de heersende pandemie werd gezocht op een markt met levende dieren in China, en vee en pluimvee massaal worden gefokt en geëxporteerd - een situatie die voor de rabbijnen die hun wijsheid opschreven in de Talmoed, onvoorstelbaar was - is een pas op de plaats hoognodig. Wie op industriële schaal dieren 'produceert', ongeacht of het kippen, geiten of varkens betreft, stelt zijn verdienmodel boven het welzijn van de dieren. Een toenemend aantal veehouders stelt alles in het werk om hun bedrijven kleinschaliger te maken en ook de onvermijdelijke slacht met respect voor het dier uit te voeren.

In de Talmoed is de basis te vinden voor het overkoepelende principe van de latere Joodse wet met betrekking tot de behandeling van dieren. Daarin wordt het gebruik van dieren voor menselijke behoeften (als werkdier en als voedsel) gepaard aan het verbieden van onnodige wreedheid - tsa'ar ba'alei chajiem: het lijden van dieren.

Hoe is dat te rijmen met de dierenoffers in de tempel, en, in onze tijd, met de koosjere slacht? En wat heeft de Talmoed te zeggen over de verantwoordelijkheid ten opzichte van dieren?

In de lezing Dierenwelzijn en de Talmoed op donderdag 27 februari is jouw inbreng in de discussie van harte welkom!

Meld je aan op onze website - je krijgt gegarandeerd nieuwe inzichten!

Nieuwsbrief

Volg ons en blijf op de hoogte! Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief en wij zorgen dat je niks mist.

Bekijk nieuws overzicht

Doneren

Crescas kan niet zonder jouw steun. Met elke donatie, hoe klein ook, steun je onze activiteiten en zorg je dat wij nog meer voor Joods Nederland kunnen betekenen.