Amotz Asa-El: De Joodse mars der dwaasheid III
De proloog bij De Joodse mars der dwaasheid van Amotz Asa-El in vertaling - deel III
Gepubliceerd op: 24 september 2021
Het jaaropeningsevenement van het cursusjaar 2021-2022, dinsdag 12 oktober, is een interview met Amotz Asa-El, hoofdcommentator van The Jerusalem Post en auteur van de bestseller The Jewish March of Folly. Van de auteur heeft Crescas toestemming gekregen om de inleiding in het Nederlands te vertalen.
Vanwege de lengte plaatsen we de tekst in vier delen. Vandaag in de nieuwsbrief deel III.
Lees je liever van papier? De vertaling is ook als PDF hieronder te downloaden.
Schrijf nu in voor het openingsevenement van het studiejaar 2021-2022.
In het oude Israël stond geen Abraham Lincoln op. Onder onze voorouders vonden keer op keer scheuringen plaats, niet alleen tussen rivalen als het Noorden en het Zuiden van de Verenigde Staten, de Witten en de Roden in Rusland of de republikeinen en de nationalisten in Spanje. In het oude Israël was er verdeeldheid tussen oost en west, noord en zuid, federalisten en separatisten, profeet en koning, profeet en priester, en priester en koningin. En de broederoorlogen van het oude Israël hielden niet op na een paar veldslagen, zoals bijvoorbeeld in Engeland gebeurde toen aanhangers van het parlement en aanhangers van het koningshuis met elkaar botsten. Ze hielden ook niet op na een paar jaar, zoals de burgeroorlogen in de Verenigde Staten, Rusland, Spanje en Griekenland, noch na een generatie, zoals de Chinese Burgeroorlog in de vorige eeuw. In het oude Israël was scheuring de regel en eenheid de uitzondering gedurende de zes eeuwen die lagen tussen de verovering van Jericho en het verlies van Jeruzalem.
Dat is wat naar voren zal komen uit het eerste deel van onze tocht, die zal eindigen op de landengte van Korinthe en zal beginnen ten oosten van de Jordaan.
De broederoorlogen van onze voorouders waren niet alleen bijzonder vanwege hun lange duur, maar ook door wat in het tweede deel van onze tocht hun belangrijkste oorzaak zal blijken te zijn: de afkeer van menselijke heerschappij.
De anarchistische geest, die we zullen zien overgaan van de profeten, via de zeloten, naar de wijzen uit de Misjna en de Talmoed en naar de middeleeuwse Bijbel- en Talmoedcommentatoren, had weliswaar een nobele insteek, zoals een hang naar rechtvaardigheid, minachting voor de macht en streven naar vrijheid. Maar hij zou er ook op uitlopen – in de woorden van een van de getuigen van de vernietiging van de Tempel door Titus – dat mensen elkaar levend verslonden. Deze geest zal ons in de bergen van Moab, Galilea en Judea in het gezicht waaien als we van de velden van de Jizreëlvallei, waar we een militaire parade zullen zien die door de geschiedenis is vergeten, reizen naar de pleinen, stadions en tempels van keizerlijk Rome, waar we een militaire parade zullen zien die haar plaats heeft gevonden in de geschiedenis.
De Israëlitische burgeroorlogen zijn niet alleen uniek door hun oorzaak en duur, maar ook door het resultaat ervan: het ontstaan van een mondiaal volk dat het begrip ‘ruimte’ perverteerde en zichzelf blootstelde aan rampen die geen enkel ander volk in de menselijke geschiedenis heeft doorstaan.
Dat unieke verschijnsel zullen we bekijken in het derde deel van onze tocht, dat begint in de woestijnen van New Mexico en eindigt in Berlijn. Tussen die twee uitersten observeren we een gebeurtenis die we zullen betitelen als de oerknal van de Joodse geschiedenis, en ook het ‘Joodse universum’ dat uit die oerknal is voortgekomen. Ondertussen leggen we de onzichtbare lijnen bloot die lopen tussen de oude pioniers van dat universum, met name de Bijbelse Mordechai, en de moderne bewonderaars van die mysterieuze ruimte, van Franz Rosenzweig en Simon Dubnow in de twintigste eeuw tot George Steiner in de huidige.
Met mijn conclusie uit dat deel van onze tocht zullen velen het ongetwijfeld oneens zijn, en daarom is het goed dat ik die van tevoren aankondig. Welnu, naar mijn mening maken figuren als Mozes, David, Samuël, Salomo en Elia geen deel uit van de Joodse geschiedenis, maar van haar voorgeschiedenis, namelijk de Israëlitische geschiedenis. Tot hen reken ik zelfs Jesaja, hoewel hij, inwoner van het koninkrijk Juda, getuige is geweest van de ondergang van het koninkrijk Israël en voordien in het belegerde Jeruzalem de laatste aanval van Israël op Juda heeft meegemaakt. De Joodse geschiedenis, zo zal naar voren komen uit het middelste deel van onze tocht, werd pas geboren toen de nazaten van het oude Israël hun vaderland verlieten en de wereld in trokken. Pas toen ontstond het volk waarvan de meerderheid tot op de dag van vandaag buiten het land woont.
Onze voorouders schiepen en bevolkten een universum en spanden het uit rond vijf continenten. Als we het in kaart brengen, zullen we zien dat dit universum een alternatief vaderland werd voor het volk dat zijn nationale bezittingen had prijsgegeven nadat het het land van zijn voorouders had gedevalueerd van leefgebied tot pelgrimsoord, van politieke en militaire machtsbasis tot spiritueel oplaadstation. In dit universum, een bijproduct van de factiestrijd en het anarchisme van onze verre voorouders, stonden onze nabijere voorouders de haat, discriminatie, demonisering en moord te wachten die – zo zullen we zien – waren voortgebracht door de globalisering van het Joodse volk.
In de halfduistere ruimten van het universum dat door onze voorouders werd betrokken, werden ook hun tijdsperceptie en lotsbesef geperverteerd, zoals we zullen zien in de laatste twee delen van de tocht die we over een paar bladzijden zullen aanvangen.
In het vierde hoofdstuk trekken we van de ruïnes van Jeruzalem via Galilea naar de rivieren van Babylon alvorens terug te keren naar New Mexico. We zullen zien hoe onze voorouders de wijzers van de Joodse tijd onder de puinhopen van de Tempel vandaan haalden en erin slaagden een jodendom zonder Judea te creëren, maar ook hoe dat aanvankelijke succes allengs uit de hand liep en tot gevolg had dat het land van herkomst definitief de rug werd toegekeerd.
Vandaar zal onze tocht leiden naar het vijfde en laatste deel. We trekken langs de schrijftafels van geleerden als Rasji en Don Jitschak Abarbanel, de verrichtingen van revolutionairen als Leon Trotski en Rosa Luxemburg en de inzichten van denkers als Jean-Paul Sartre, de Maharal (Jehoeda Löw) van Praag en David Ben-Goerion. Al doende verkennen we de innerlijk strijdige ziel die voortkwam uit het leven in het Joodse universum: de ziel die heen en weer schoot tussen fatalisme en revolutionair vuur en tussen individuele genialiteit en nationale domheid. Deze ziel had genoeg van het diplomatieke staatsmanschap waarin leiders als Achab, Josafat, Herodes de Grote en Alexander Janneüs hadden uitgeblonken. Ze verruilde zulk staatsmanschap voor de messiaanse fantasie, het vertrouwen op een wonder en de politieke passiviteit, en zo werden de rampen mogelijk gemaakt waartoe de Joodse mars der dwaasheid zou leiden.
Deel IV verschijnt op vrijdag 1 oktober.
Deel I verscheen in de nieuwsbrief van vrijdag 3 september
Deel II in de nieuwsbrief van zondag 12 september.
Alle delen van de proloog zijn na verschijnen als PDF hieronder te downloaden.
Amotz AsaEl Deel 3
Stichting Collectieve Maror-gelden Nederland (Maror) beheert de Maror-gelden van private partijen (banken, beurs, verzekeraars) die bestemd zijn voor collectieve doelen binnen de Joodse gemeenschap in Nederland en verstrekt daaruit subsidies.
meer informatie: maror.nl
