Bij het overlijden van Ed van Thijn (87)

Kemal Rijken schreef een prachtig en zeer volledig In Memoriam.

Gepubliceerd op: 22 december 2021

De Amsterdamse oud-burgemeester Ed van Thijn is op 87-jarige leeftijd overleden. In de jaren zeventig, tachtig en negentig was hij een van de kopstukken van de PvdA. Van Thijn was een overlevende van de Sjoa en kwam openlijk voor zijn Joodse afkomst uit. Als burgervader van de hoofdstad vertelde hij zijn verhaal. Ook was hij twee keer minister van Binnenlandse Zaken en schreef hij vele boeken, waaronder Dagboek van een onderhandelaar en Retour Den Haag. Van Thijn was al langere tijd ziek en verscheen alleen nog op speciale gelegenheden in het openbaar. De laatste keer was dat bij de onthulling van het Nationaal Holocaust Namenmonument, op 19 september 2021. Hij leed aan de spierziekte polyneuropathie, waardoor hij deels verlamd was geraakt. Hij wordt in kleine kring herdacht en begraven.

Oorlogsjaren
Ed van Thijn werd op 16 augustus 1934 geboren in de Amsterdamse Rivierenbuurt. Daar groeide hij op in een Joods gezin dat in 1940 naar Bussum verhuisde wegens een bominslag. In 1942 werd de familie door de nazi’s teruggestuurd naar de hoofdstad en van daaruit ging de jonge Van Thijn met zijn moeder naar in doorvoerkamp Westerbork. Door een list wist zijn vader hen daaruit te bevrijden, waarna een periode van onderduiken volgde om achttien verschillende adressen. Desondanks kwam Van Thijn begin 1945 weer in Westerbork terecht, waar hij wist te overleven tot aan de bevrijding van 5 mei. Toen de oorlog was afgelopen zat de elfjarige nog in het kampement, waar hij werd aangesteld als bewapende bewaker van collaborateurs, die er in groten getale werden opgesloten.

Ed van Thijn verteld over Kamp Westerbork

Middelbare school
Na de oorlog kwam het gezin al gauw weer in Bussum terecht en daar zette Van Thijn zijn schoolopleiding voort. Hij leed aan astma, maar haalde desalniettemin goede cijfers. Hij volgde het plaatselijke Christelijk Lyceum, waar hij gaandeweg een steeds lastiger leerling bleek te zijn, die vaak de klas uitgestuurd werd. Wegens toenemende onhandelbaarheid moest hij van zijn moeder transcraniële magnetische stimulatie ondergaan. Ondertussen verslechterde het huwelijk van zijn ouders. Soms was er geweld en moest de puberzoon tussenbeide komen. Een paar jaar na de echtscheiding van zijn ouders verhuisde hij met moeder naar Amsterdam, waar hij op het Amsterdams Lyceum terechtkwam, wat hem uitstekend beviel. Hij werd lid van allerlei clubs, medewerker van de schoolkrant en bleek uit te blinken in schaken en vooral roeien, ondanks zijn astma.

Joop den Uyl
Aan het begin van zijn studie aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam (later UvA) werd Van Thijn lid van het Amsterdams Studenten Corps. Deze stap was naar eigen zeggen deels gedreven door een minderwaardigheidsgevoel. In het corps trof hij jaargenoten als Frits Bolkestein, Dick Dolman en Erik Jurgens. Hij ging eveneens intensief roeien bij roeivereniging Nereus. Na afronding van zijn studie Politiek en Sociale Wetenschappen kwam Van Thijn in dienst van de Wiardi Beckman Stichting, het wetenschappelijk bureau van de PvdA. Op die manier rolde hij de partij binnen en leerde hij onder meer kopstuk Joop de Uyl kennen. Van Thijn werd lid van de Amsterdamse gemeenteraad en zette daar zijn eerste stappen in de politiek.

Haagse politiek
Na een poosje werd Van Thijn gekozen in de Tweede Kamer. Als rechterhand van partijleider Den Uyl werd hij onder meer lid van het schaduwkabinet van PvdA, D66 en PPR. Deze groep moest voor kiezers dienen als een alternatief kabinet voor het zittende rechts-confessionele kabinet van Barend Biesheuvel (ARP), vergelijkbaar met de schaduwkabinetten van de oppositie in het Britse Lagerhuis. Het idee kwam van Van Thijn zelf. In 1971 was hij schaduwminister van Verkeer en Waterstaat. Nadat de PvdA de Tweede Kamerverkiezingen van 1973 had gewonnen en samen met D66, PPR, ARP en KVP het kabinet Den Uyl vormde, werd Van Thijn fractievoorzitter. Vier jaar later won de partij opnieuw, maar toch lukte het niet om een tweede kabinet Den Uyl van de grond te krijgen. Van Thijn was een van de onderhandelaars. In 1981 kwam de partij opnieuw in de regering terecht: in het kortstondige kabinet Van Agt II was hij minister van Binnenlandse Zaken.

Politicus Ed van Thijn over de nalatenschap van Joop den Uyl (PvdA)

Kraken en wonen
Van Thijns grootste politieke verdienste moest nog komen: in 1983 werd hij benoemd tot burgemeester van Amsterdam, nadat zijn voorganger Wim Polak afzag van een tweede termijn. De nieuwe burgemeester moest beginnen in een roerige tijd, waarin de kraak- en woonproblematiek hoogtij vierde. Van Thijn heeft samen met de politie vele ontruimingen van kraakpanden geleid. Geweld en rellen waren de stad midden jaren tachtig niet vreemd, en als burgemeester moest hij er het beste van maken. Het dieptepunt was de dood van kraker Hans Kok, die na te zijn opgepakt overleed in zijn cel. In de stad verschenen leuzen als ‘Van Thijn moordenaar’ en ‘Van Thijn Van Zwijn’. De burgemeester moest er diep voor door het stof in de gemeenteraad, maar bleef aan. In de tweede helft van de jaren tachtig lukte het hem om met de krakers in gesprek te gaan en ze te pacificeren. In samenwerking met gemeente en woningbouw werden grote kraakpanden gelegaliseerd, waardoor de spanningen afnamen.

No-Lympics en Beatrix
Niet alleen kreeg Van Thijn als burgemeester te maken met de krakers, maar ook met criminaliteit en grote drugsproblematiek. Amsterdam was in de jaren tachtig een stad waar velen van weg verhuisden en zich niet altijd veilig waanden. Ideeën om de stad op te kalefateren waren er genoeg, zoals stadsvernieuwing, de nieuwbouw van wijken en het plan om de Olympische Spelen van 1992 naar de hoofdstad te trekken. Dat laatste mislukte jammerlijk, onder meer vanwege de tegenbeweging No-Lympics van Saar Boerlage. Van Thijn moest de boer op, maar biechtte later op dat hij er zelf ook niet echt in geloofde. Uiteindelijk kreeg niet Amsterdam maar Barcelona de Spelen toegewezen. In 1988 volgde weer een hoogtepunt met het verrassingsbezoek van koningin Beatrix aan de hoofdstad. De toen vijftigjarige vorstin maakte in het bijzijn van haar man, zonen en Van Thijn een boottocht door de grachten en een wandeling door de Jordaan. Een kus van een voorbijganger werd historisch.

Ed van Thijn over wonen aan de gracht (1990)

Bijlmerramp
Van Thijn was vooral ook een promotionele burgemeester: zo maakte hij van Amsterdam een ‘anti-apartheidsstad’, verwelkomde hij in 1990 Nelson Mandela en maakte hij ook promotievideo’s voor de stad als vestigingsplek. Volgens critici kwam Van Thijn als burgemeester echter net niet uit de verf, omdat veel Amsterdammers hem niet als hun burgervader zagen. Hij had leiding gegeven in crisis, maar toch bleef dat niet echt hangen. Daar kwam op 4 oktober 1992 verandering in toen een Boeing 747-vrachtvliegtuig van de Israëlische luchtvaartmaatschappij El Al neerstortte in de Amsterdamse wijk Bijlmermeer. Het toestel boorde zich door de flats Groeneveen en Klein-Kruitberg en er kwamen zeker 43 mensen om het leven – ook een aantal illegalen vond de dood. Van Thijn stond vanaf het moment van de Bijlmerramp klaar om het crisisteam te leiden en deed dat met verve. Na deze crisis zagen de Amsterdammers hem ook meer als burgervader.

Lees het vervolg van Kemals IM op jonet.nl in Oud-politicus Ed van Thijn (87) overleden – in memoriam.

Nieuwsbrief

Volg ons en blijf op de hoogte! Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief en wij zorgen dat je niks mist.

Bekijk nieuws overzicht

Doneren

Crescas kan niet zonder jouw steun. Met elke donatie, hoe klein ook, steun je onze activiteiten en zorg je dat wij nog meer voor Joods Nederland kunnen betekenen.