De nieuwe uitgave van Joden van Leeuwarden van Hartog Beem

De boekpresentatie en de eerste recensie

Gepubliceerd op: 2 juni 2022

Maandag 30 mei 2022 werd in het Historisch Centrum Leeuwarden tijdens een feestelijke bijeenkomst de vernieuwde uitgave van Hartog Beems standaardwerk over de Joodse gemeenschap in de Friese hoofdstad gepresenteerd.

Dat Leeuwarden in 2018 de culturele hoofdstad was van Europa was, vormde de aanleiding om contact te zoeken met uitgever Koninklijke Van Gorcum om te onderzoeken of het boek inegraal op internet zou kunnen worden geplaatst. Het liep anders: de uitgever besloot een vernieuwde uitgave te verzorgen. Genealoog Chaim Caran schreef daarvoor een extra hoofdstuk, waarin nieuwe ontdekkingen over de oudste periode en de verslaggeving van de periode na 1974 zijn opgenomen. Daarnaast is er een aantal correcties aangebracht en aanvullingen toegevoegd, onder meer in het hoofdstuk van J.F. van Agt over synagogen in Friesland. Ook werd een namenindex toegevoegd. Rabbijn Edward van Voolen, die Beem goed heeft gekend, verzorgde een inleiding bij deze herdruk.

Het boek werd overhandigd aan burgemeester Buma, die in zijn toespraak memoreerde dat er in zijn stad sprake is van een hernieuwde belangstelling voor het Joodse verleden van Leeuwarden en het behoud ervan, iets waar hij van kinds af aan mee is opgegroeid.
Het tweede exemplaar kreeg Hayo Apotheker, van 1993 tot 1998 burgemeester van Leeuwarden. Hij vertelde hoe hij als kind in Groningen in contact kwam met de Joodse gemeenschap en zijn belangstelling werd gewekt voor de Joodse geschiedenis. Die werd verder gevoed tijdens zijn burgemeesterschap van onder meer Muntendam en Veendam en in Leeuwarden nog meer. De herdenkingen bij het monument voor de Joodse School aan de A.S. Levissonstraat maakten hem eens te meer duidelijk hoe belangrijk het is, ongeacht het geringe aantal Joden in de stad, dat het verleden levend wordt gehouden.

Als laatste werd het boek overhandigd aan Benno Troostwijk, de inmiddels hoogbejaarde voorzitten van de Joodse Gemeente Leeuwarden. Ondanks het gevoel van feest, zo zei hij, mogen we niet vergeten dat de voorheen bloeiende Joodse gemeenschap van Leeuwarden nog maar weinig mensen telt, en hij vroeg een minuut stilte voor de in de Sjoa vermoorden.

De laatste spreker was opperrabbijn Binyomin Jacobs. Hij gebruikte een verhaal uit de Talmoed om te laten zien dat je altijd alert moet zijn: soms zie je alleen wat in het oog springt, maar dat is vaak niet waar het werkelijk over gaat. Jacobs vertelde over de groentehandelaar die jarenlang de grens overstak met zijn ezeltje zwaar beladen met verse producten, en ook op de weg terug de draagtassen vol had en zichtbaar steeds vermogender werd. Tot de douanier die hem dagelijks controleerde, het niet meer hield en móest weten wat de man smokkelde waarvan hij zo rijk werd. "Ik smokkel ezels over de grens", antwoordde de handelaar ... Waarmee Jacobs wilde zeggen: er ligt hier een prachtig boek, en daar kunnen we verheugd over zijn, maar daar gaat het uiteindelijk niet om. "Laat het ook een waarschuwing zijn: wat de Joden van toen overkwam, kan ons ook nu weer gebeuren."

Victor Brilleman, eindredacteur en redactiesecretaris van Misjpoge, het kwartaalblad van de Nederlandse Vereniging voor Joodse Genealogie, besprak het boek.


Gelezen

Hartog Beem
Joden van Leeuwarden. Geschiedenis van een Joods cultuurcentrum
Uitgeverij Koninklijke Van Gorcum.Assen 2020.334 pag.
ISBN 978 90 2325 723 3. Herziene 2e druk. Prijs: € 37,95.

Bijna een halve eeuw geleden — in 1974 — verscheen het boek De Joden van Leeuwarden. Geschiedenis van een Joods cultuurcentrum van Hartog Beem (Harderwijk 1892 — Hilversum 1987). Beem was leraar Duits aan de gemeentelijke HBS in Leeuwarden en overleefde de Tweede Wereldoorlog door onderduik. Zijn twee kinderen werden evenwel opgepakt en vermoord. Na de oorlog hield Beem zich bezig met het vastleggen van het vernietigde Joodse leven in Nederland. Zo verscheen in februari 1950 De verdwenen Mediene, dat in 1982 in herdruk werd uitgebracht met als ondertitel Mijmeringen over het vroegere joodse leven in de provincie. In de jaren '70 van de twintigste eeuw schreef hij de boeken: Uit Mokum en de Mediene, Joodse woorden in Nederlandse omgeving; Jerosche, Jiddische spreekwoorden en zegswijzen uit het Nederlandse taalgebied; Sje-eriet, Resten van een taal, Woordenboekje van het Nederlandse Jiddisch en De Joodse Gemeente te Sneek (1973).
In 1985 werd Pinkas ha-kehillot Holland door Jozeph Michman en diens zoon Dan in het Hebreeuws als onderdeel van de Yad Vashem-studies uitgebracht, waar Beem als kenner van de Mediene en het Jiddisch ook zijn medewerking aan verleende. De Nederlandstalige herziene editie Pinkas, Geschiedenis van de joodse gemeenschap in Nederland, waaraan ik de eer had mijn steentje te mogen bijdragen, heeft Beem niet meer meegemaakt. Deze editie verscheen vijf jaar na zijn overlijden. Een tweede herziene druk kwam uit in 1999.
Beem was jarenlang bestuurslid van de Joodse gemeente van Leeuwarden (voorzitter van 1945 tot 1958) en vanwege zijn brede kennis was hij de aangewezen persoon de geschiedenis van Joods Leeuwarden te beschrijven. Daarvoor was hij al in 1940 gevraagd, maar de uitbraak van de Tweede Wereldoorlog betekende uitstel. Toen het boek uiteindelijk ruim dertig jaar later verscheen, betekende dat een eindgeschiedenis van een grotendeels verwoeste Joodse gemeente door de Jodenvervolgingen. De inleiding van het boek was van de hand van de toenmalige opperrabbijn E. Berlinger. Architectuurhistoricus J.F. van Agt (1922-2013) leverde een bijdrage onder de titel 'De synagogen in Leeuwarden en elders in Friesland.

Waarin verschilt het nieuw verschenen boek van de eerdere editie? In tegenstelling tot de oorspronkelijke gebonden editie is deze tweede druk in paperback uitgegeven en voorzien van een nieuw titelblad aan de buitenzijde. Uiteraard is de gehele inhoud intact gebleven (inclusief het artikel van Van Agt), maar er zijn aanvullingen. Een extra voorwoord bij de tweede druk is geschreven door rabbijn Edward van Voolen en luidt: Hartog Beem: "ondanks alles ja".

Chaim Caran, de in Israël woonachtige genealoog van Friese Joden, schreef een extra hoofdstuk getiteld 'Over de vroegste en meer recente geschiedenis' (pp. 246-260), gecompleteerd met een uitgebreid notenapparaat. In dit tekstgedeelte wordt onder meer aandacht besteed aan de viering van het tweehonderdjarig bestaan van de synagoge in 2005. In 1980 werd een nieuwe kleine synagoge in de Slotmakersstraat in gebruik genomen, waarbij de Heilige Arke afkomstig was uit de voormalige synagoge van Gorredijk. De oude synagoge was verkocht aan de gemeente Leeuwarden en wordt nu voor andere doeleinden gebruikt. Al eerder — in 1965 — waren interieur, Heilige Arke en Torarollen overgebracht naar de synagoge van het jeugddorp Kfar Batja in Israël.

Door onder meer digitalisering van archiefbestanden en databases met bevolkingsonderzoeken en de bereikbaarheid hiervan via het internet zijn onderzoeksmogelijkheden sinds 1974 sterk toegenomen. Zo zijn er voor de Joodse geschiedenis van Friesland en Leeuwarden de laatste jaren veel nieuwe gegevens boven water gekomen, die dit extra hoofdstuk rechtvaardigen. Ook de vondst van de Collectie Brilleman van de hand van J. Brilleman (geen directe familie) en deels van Beem, aangaande grafsteenteksten op Friese begraafplaatsen — die nu digitaal toegankelijk zijn gemaakt — betekende een eenvoudiger linklegging met grondleggers van de Leeuwarder Joodse gemeenschap, die afkomstig waren uit Kollum en Emden (voorganger Uri Halevy).

De editie uit 1974 had vier bijlagen; nu zijn er negen. Bijlage 2 (rabbijnen en opperrabbijnen van Leeuwarden en het Ressort Friesland) is nu tot op heden bijgewerkt en het boek is bovendien voorzien van een nuttig personenregister.
Dankzij het onderzoekswerk van Chaim Caran is het bijna vijftig jaar oude boek, dat alleen nog antiquarisch verkrijgbaar was, nieuw leven ingeblazen. Het is bovendien een postuum eerbetoon aan Hartog Beem, pionier van de mediene-geschiedschrijving, die met dit boek een van de beste overzichten van Joodse gemeenten in Nederland heeft geschreven.

Victor Brilleman
Misjpoge 2022-1
Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie

Gelezen Joden van Leeuwarden

En dan nog dit:

Het was op 22 juli (of 1 augustus) 2020 350 jaar geleden dat de oudste Joodse begraafplaats in Leeuwarden werd gesticht, de eerste gemeenschapsvoorziening die door de gemeente Leeuwarden werd gesanctioneerd.

Op de website van Akevoth zijn, vlak voord de site wordt “bevroren“ (lees: gearchiveerd*), de volgende databases geplaatst:
- Besnijdenissen in Fryslân 1697-1947.
- Joodse huwelijken in en gerelateerd tot Fryslân voor 1815.
- Joodse grafstenen in Fryslân tot 1970 en overige overledenen zonder grafsteen begraven in Leeuwarden, Dokkum en Harlingen.
- Joden in Fryslân 1808-1813
Daarnaast zijn ook de besnijdenisregisters van Oldemarkt en Zwartsluis (Overijssel) en van Meppel (Drenthe) nieuw op deze site opgenomen.

Over het stoppen van Akevoth schreef Jonet.nl op 29 november 2019 het artikel Joodse genealogie-club Amoetat Akevoth ‘Dutch Jewry’ gaat in liquidatie.

Nieuwsbrief

Volg ons en blijf op de hoogte! Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief en wij zorgen dat je niks mist.

Bekijk nieuws overzicht

Doneren

Crescas kan niet zonder jouw steun. Met elke donatie, hoe klein ook, steun je onze activiteiten en zorg je dat wij nog meer voor Joods Nederland kunnen betekenen.