De plaats van Tanach in de geschiedenis van de Joodse eredienst
De jaarlijkse Jaap Sajet lezing van het Genootschap voor de Joodse Wetenschap in Nederland
Gepubliceerd op: 4 februari 2021
Het Hebreeuwse woord sidoer betekent ‘ordening’ - er was grote behoefte om de meest gebruikte gebeden overzichtelijk bijeen te brengen. Een loffelijk streven, maar niet helemaal succesvol, zoals de lezing De plaats van Tanach in de geschiedenis van Joodse eredienst duidelijk zal maken.
De Joodse liturgie kent een groot aantal voorgeschreven gebeden, ceremonies en handelingen die tezamen de Joodse eredienst vormen. Veel teksten komen uit de Tora, andere hebben hun herkomst in rabbijnse bronnen.
De gebruikte teksten kunnen per land en zelfs per gemeente verschillen, maar Tanach vormt in deze wirwar van mogelijkheden de stabiele factor: de psalmen, de Toravoorlezing en de haftara (profetenvoorlezing) komen, al naar gelang de dienst, dagelijks, wekelijks of (drie)jaarlijks terug.
Een echte standaard voor de Joodse liturgie is eigenlijk niet te geven, daarvoor zijn er te veel verrassende wendingen, mede door wijze waarop Bijbelteksten en Bijbelse taal worden ingepast.
Wout van Bekkum laat in zijn lezing op zondag 14 februari om 10.30 uur aan de hand van enkele bijzondere voorbeelden, ontleend aan de eredienst voor sjabbat, feest- en treurdagen, zien dat Tanach hier een belangrijke rol speelt. Immers: Tanach is niet alleen verhaal maar ook voorschrift.
Op een toegankelijke manier zal Van Bekkum ingaan op de vraag welke plaats Bijbelse geboden en verboden innemen waar het gaat om vertellen (bidden) en luisteren tijdens de eredienst.
Meld je aan voor De plaats van Tanach in de geschiedenis van de Joodse eredienst op onze website. Na ontvangst van je registratie krijg je de toegangsgegevens voor Zoom per mail toegestuurd.
Deze lezing is gratis toegankelijk voor leden van het GJWN. Kijk hier voor meer informatie over het lidmaatschap.
meer informatie: genootschapjoodsewetenschap.nl