De Estherrol uit Amsterdam, waarin de vijanden van de Joden worden vervloekt

Gepubliceerd op: 18 februari 2021

Dit is wat er gebeurde toen de Poerim-vrolijkheid van de Joden in Amsterdam zich vermengde met een verlangen naar wraak op de Spanjaarden.

Eén van de dingen waar het Joodse volk goed in is, is het vertellen van verhalen. Elk jaar en op elke feestdag vertellen we verhalen over vervolging, over moed en over de gevolgen daarvan die elke generatie Joden overkwam, waar ze ook waren.

Dat geldt dus ook voor de reeks gebeurtenissen beschreven in de Estherrol die de feestdag van Poerim verbindt met wat het Joodse volk in meer recente tijden overkwam. In dit verhaal geldt dan de achttiende eeuw als 'eigentijds'.

Hoe maak je een verhaal dat duizenden jaren oud is, relevant voor de Nederlandse Gouden Eeuw?

Met kunst natuurlijk.

Door de illustraties die zijn gevonden in een Estherrol, getekend en gekopieerd rond 1700, kunnen we een direct verband zien tussen de oude verhalen over de vervolging van de Joden in Perzië en de dan meer recente Jodenvervolging in het katholieke Portugal en Spanje.

De tekeningen zijn weinig verhullend en modern voor die tijd, en zoals het gezegde luidt: een afbeelding zegt meer dan duizend woorden.

"Het geschiedde in de dagen van Achasjveros" - Achasjveros in eigentijdse kleding

De Joodse wijk van Amsterdam werd in de zeventiende eeuw gesticht door Asjkenazische en Portugese Joden. De hier behandelde kwestie betreft de Portugese gemeenschap.

De afstammelingen van de Joodse conversos, die in de zeventiende eeuw massaal vanuit Portugal naar Amsterdam emigreerden, hadden op het Iberisch schiereiland hun oorspronkelijke religie niet mogen behouden, laat staan uitoefenen. In hun nieuwe Nederlandse thuis wilden ze terugkeren naar het Joodse geloof.

Eén weg terug was het vieren van de feestdagen. Poerim was een goed begin, aangezien vreugde en vrolijkheid de belangrijkste aspecten van het festival zijn, samen met de geboden over drinken en eten en het vieren van de ontsnapping aan een vrijwel zekere uitroeiing, het steeds weer terugkerende verhaal van Joden in de diaspora.

"…Daarom deed hij haar de koninklijke hoofdband om en maakte haar tot koningin…"

En dus gaf de Joodse gemeenschap van Amsterdam een kunstenaar de opdracht een eigentijdse Estherrol te illustreren - hoe de Joden de kwaadaardige Perzische Haman overleefden en hoe ze wraak namen op de meer recente Portugese ‘Hamans’.

De onbekende kunstenaar illustreerde onvergetelijke scènes. Op de openingspagina staan twee halfnaakte vrouwen die de lezers opmerkzaam maken dat ze een toneelstuk gaan lezen.

De titelpagina van de Estherrol

De kunstenaar verbeeldde ook de meer gewelddadige en bloederige scènes van het verhaal.

“En ze hingen Haman op aan de galg die hij had opgericht voor Mordechai"

"En de Joden sloegen hun vijanden met het zwaard, slachtten hen af en vernietigden hen"

Er zijn ook scènes toegevoegd die de kunstenaar uit de Talmoed heeft overgenomen: we zien Haman een paard leiden terwijl zijn eigen dochter afvalwater op zijn hoofd gooit.

"En Haman nam het gewaad, doste Mordechai er mee uit, zette hem op het paard en paradeerde met hem over het stadsplein; en hij verkondigde wie dit was"

Ook is er een illustratie van Vasjti's onthoofding, zoals die in de Midrasj beschreven staat.

Natuurlijk ontbreken ook de meer expliciete geweldsscènes niet die in de boekrol worden beschreven: "In het fort Sjoesjan hebben de Joden in totaal vijfhonderd mannen gedood."

En de Joden troffen hun vijanden

Zij slachtten hun vijanden af

Maar er is één scène die alle andere overtreft. Om het lot te benadrukken van degenen die de Joden vervolgen, en om de Nederlanders te prijzen die Spanje in hun Onafhankelijkheidsoorlog hadden verslagen (en niet te vergeten, om eraan te herinneren dat de Spanjaarden 150 jaar eerder de Joden hadden verdreven) - besloot de kunstenaar een scène te tekenen die alleen kan worden omschreven als: een besnijdenis aan de lopende band.

Op deze 'lopende band' zijn drie heidense mannen te zien die lijden onder de pijn van de besnijdenis, terwijl de mohéliem (rituele besnijders) volkomen op hun gemak lijken te zijn.

De scène hoort bij het vers: "En velen van de mensen van het land sloten zich bij de Joden aan, want angst voor de Joden had zich van hen meester gemaakt.”

De Estherrol is het enige boek in de Hebreeuwse Bijbel waarin Gods naam niet één keer wordt genoemd. Dit feit weerhield de kunstenaar er niet van om elementen van het verhaal opnieuw aan zijn eigen tijd te koppelen. Op een van de illustraties zien we Joden knielen en God danken in een synagoge, die herkenbaar is als kenmerkend voor de Portugees-Joodse gemeenschap in Amsterdam.

“Mordechai bracht alle Joden bijeen om te vasten”

En de zegevierende achttiende-eeuwse Joden van Amsterdam konden eindelijk tijd maken voor vrolijkheid, vreugde en een goede maaltijd.

“De Joden genoten van het licht en de vreugde, het geluk en de eer”


De Estherrol, Holland, 17de eeuw. Handgeschreven in inkt op perkament. H 30,8 cm; L 309 cm.
Het Israel Museum, Jeruzalem, schenking van Michael G. Jesselson, New York, aan American Friends of the Israel Museum B12.0709.

Nieuwsbrief

Volg ons en blijf op de hoogte! Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief en wij zorgen dat je niks mist.

Bekijk nieuws overzicht

Doneren

Crescas kan niet zonder jouw steun. Met elke donatie, hoe klein ook, steun je onze activiteiten en zorg je dat wij nog meer voor Joods Nederland kunnen betekenen.