Exodus en persoonlijke tsores

Een column van David Serphos

Gepubliceerd op: 16 maart 2022

Met Pesach in aantocht – Poerim ligt eind van deze week per slot van rekening alweer achter ons – moet ik denken aan de Bijbelse opdracht die we als Joden hebben om tijdens de seider niet alleen te vertellen over de uittocht uit Egypte, maar te vertellen over ónze uittocht uit Egypte. Alsof het ons persoonlijk is overkomen. Zo begint David Serphos zijn column op Jonet.nl, waarin hij het verhaal over de exodus verbindt met zijn eigen familiegeschiedenis.

"Slaven waren wij van Farao in Egypte en G’d bevrijdde ons met sterke hand en uitgestrekte arm", lezen we in de haggada. Wat volgde was een lange voetreis voor de hele familie.

De seider is iets wat we moeten ondergaan, alsof we daarnet zelf die ellendige exodus richting de Rode Zee hebben gemaakt en het godswonder hebben aanschouwd van de splitsing die een doortocht naar de overkant mogelijk maakte. Ik vind het elk jaar weer indrukwekkend om middenin dat verhaal te zitten en de bevrijding (de vrijheid zelf zou nog veertig jaar en de nodige dramatische gebeurtenissen duren) te beleven.

Op dezelfde manier word ik gegrepen door de verhalen die staan beschreven in een manuscript van tweehonderd jaar geleden. Eén van mijn voorouders, Mozes Lopez Penha, geboren in 1784, tekent daarin met de hand (uiteraard) en in het Portugees de gebeurtenissen op die door zijn ouders en grootouders aan hem zijn verteld over de vlucht van hún ouders vanuit Spanje en Portugal – via omzwervingen – naar Amsterdam. En uit zijn eigen geheugen beschrijft hij ook de lotgevallen van zijn vader en zijn ooms, geboren in Smyrna (het huidige Izmir in Turkije) en Amsterdam en van daaruit naar Curaçao vertrokken. Sommigen leden van deze familie reisden – al dan niet tijdelijk – door naar de noordelijker gelegen eilanden St. Thomas en Jamaica. De dramatische situaties die zij in hun leven meemaken, in Spanje en Portugal, maar ook nadat zij Amsterdam hebben weten te bereiken, gaan door merg en been.

Marranen
De ene kant van Mozes Lopez Penha’s familie woont in Talavera de la Reyna in Spanje waar ze aan het einde van de 17de eeuw als ‘nieuwe Christenen’ een relatief rijk en goed leven hebben totdat ze door de Inquisitie worden ondervraagd vanwege de verdenking dat zij in het geheim de Joodse tradities trouw zijn gebleven – hetgeen juist is. Het zijn Marranen, Joden die zich voor buitenstaanders gedragen als katholieken. Er volgen martelingen, alles wordt hen afgenomen, maar ze komen vrij en trekken dan naar een plaats dichter bij de grens met Portugal. Maar ook daar heeft de Inquisitie hen in het vizier. Ze worden opnieuw – tot twee keer toe – ondervraagd en gemarteld en verplaatsen zich na hun vrijlating, onder christelijke schuilnamen, naar Portugal. Zo wordt Rachel Mendez da Costa bijvoorbeeld Luisa Fernandez Nuñez. In 1755 komen ze in Amsterdam aan. De andere kant van de familie bereikt Amsterdam in 1732, komende uit Bragança in Portugal. Iedereen kan zich weer vrijelijk als Jood manifesteren in het tolerante Amsterdam en daar nieuw leven opbouwen.

In de EO-documentaire Mokum (aanrader!) die dezer dagen te zien is, verraste historicus Bart Wallet me met de opmerking dat de meeste Joden die vanuit het Iberisch schiereiland naar Amsterdam trokken niet op de vlucht waren, maar Amsterdam kozen op grond van aantrekkelijke economische motieven. Dat gold wellicht voor een deel van de Sefardische immigranten, maar zoals het verhaal van de Lopez Penha’s illustreert, betrof het toch echt ook politieke vluchtelingen.

Zes broers Lopez Penha komen aldus op Curaçao terecht. Kan het dan nog mis gaan? Een aantal van hen blijft weinig bespaard. Aaron reist naar Jamaica waar hij bezwijkt aan de verwondingen die hij oploopt nadat hij door dronken Engelse matrozen voor de deur van zijn huis in elkaar wordt geslagen. David Gaat naar St. Thomas waar voor de kust van dat eiland zijn boot omslaat. Hij verdrinkt terwijl hij zwemmend de wal probeert te bereiken.

Bisschop
Isaac trouwt in Jamaica en vertrekt met zijn zwangere vrouw Ribca terug naar Curaçao. Maar voor de Zuid-Amerikaanse kust slaat het noodlot toe: door de woeste zee worden ze van boord geslagen en door de stroom meegenomen naar de kustplaats Cartagena – in het huidige Colombia.

Lees het vervolg van Davids verhaal in Exodus en persoonlijke tsores op Jonet.nl.

Item in samenwerking met Jonet.
meer informatie: jonet.nl
Logo samenwerking 'Jonet'

Nieuwsbrief

Volg ons en blijf op de hoogte! Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief en wij zorgen dat je niks mist.

Bekijk nieuws overzicht

Doneren

Crescas kan niet zonder jouw steun. Met elke donatie, hoe klein ook, steun je onze activiteiten en zorg je dat wij nog meer voor Joods Nederland kunnen betekenen.